Zeeuwse traditie om zeegroenten te snijden verdwijnt langzaam maar zeker
Al eeuwen is het een vertrouwd gezicht op Zeeuwse slikken en schorren. In de vroege zomer gaan liefhebbers van zeegroenten als lamsoor en zeekraal gewapend met een emmer en een mes naar de Oosterschelde om een maaltje bij elkaar te sprokkelen.
Door de jaren heen is het snijden steeds verder aan banden gelegd. Vooral natuur- en milieuregels doen de traditie de das om. Zo wil de provincie Zeeland vogels een goede broedplaats bieden.
Deze week zei het provinciebestuur geen andere optie te hebben dan het snijseizoen in te korten. Eerst liep het van 15 april tot 1 september, volgend jaar kunnen snijders pas beginnen op 15 juli, als de groente al over zijn hoogtepunt heen is. De oogst is dan minder en de smaak taaier.
"Het is heel vervelend dat we het seizoen moeten inkorten", zegt provinciebestuurder Wilfried Nielen (BBB). Toch is hij blij dat hij in ieder geval iets van de traditie overeind weet te houden. "We hadden dit heel graag anders gezien."
Op de fietsHet besluit van de provincie viel Co Schot uit Zierikzee rauw op z'n dak. Hij snijdt al jaren zeegroenten, net als zijn vader en opa deden. Hij begrijpt niets van het besluit. "Vergelijk het met het verbieden van schaatsen in januari en februari. Dan blijft er niets over."
Volgens Schot zit het snijden van zeegroenten in het Zeeuwse DNA. "Dat gevoel is niet te omschrijven. Mijn vrouw kijkt ook wel eens vreemd op als ik om 06.00 uur opsta, mijn laarzen aantrek en met mijn emmer naar het schor ga. Daar leg ik mijn fiets aan de dijk om samen met een vriend zeekraal te snijden en te genieten van de natuur."
LotingZeegroenten snijden is diepgeworteld in de Zeeuwse cultuur. Het werd aanvankelijk vooral gedaan door de armere bevolking. De groenten waren gratis en voedzaam. Nu zijn zeekraal en lamsoor vooral een delicatesse.
Lamsoor en zeekraal groeien vooral op de buitendijkse gebieden in de Oosterschelde, die alleen bij extreme omstandigheden als springtij of storm onder water komen te staan. Vooral op de schorren bij Schouwen-Duiveland, Sint Philipsland en Tholen, allemaal Natura 2000-gebied.
Sinds de aanleg van de Deltawerken nam het aantal schorren en slikken in de Oosterschelde snel af. Omdat de animo voor het snijden groot bleef, verstrekt de provincie sinds de jaren 90 vergunningen. Jaarlijks zijn het er 284, maar omdat er veel meer hobbyisten zijn, wordt er geloot. Zo kan het voorkomen dat fanatieke snijders soms enkele jaren moeten overslaan.
In heel Zeeland zijn volgend jaar nog zes gebieden waar zeegroenten legaal gesneden mogen worden. Dat is bij Ouwerkerk, Sint-Annaland, Rilland, Neeltje Jans en twee gebieden bij Anna Jacobapolder.
Slechts één gebied is gevrijwaard van de aangescherpte regels: een schor bij Neeltje Jans waar geen broedvogels zitten. Het is pas sinds dit jaar beschikbaar, omdat het op het terrein ligt van het themapark bij de Oosterscheldekering.
In Zierikzee wordt juist een gebied geschrapt. Op schor 't Stelletje is de beschermde Noordse woelmuis gevonden waardoor het gebied met rust gelaten moet worden. Andere locaties bleken onhaalbaar.
In strijd met de regelsDrie jaar geleden kwamen terreinbeheerders als Staatsbosbeheer al met strengere regels. Snijders mogen sindsdien nog maar 1 kilo per keer meenemen in plaats van de gebruikelijke 2,5.
De omslag bij de provincie kwam deze zomer na een onderzoek van Arcadis. Het onderzoeksbureau kwam tot de conclusie dat snijden in het broedseizoen in strijd is met de regels. "Er is een kans dat je broedvogels stoort en dat de populatie achteruit gaat. Dan mogen we geen vergunningen verlenen", zegt bestuurder Nielen. "De risico's op verstoring zijn te groot."
Zwartste scenarioHet argument dat ze de schorren verstoren, wuift Schot weg. "Wij zijn de hoeders van de schorren. Wij weten heel goed waar we wel en niet moeten zijn. Wij weten precies waar de vogelnestjes zitten."
Volgens hem gaat het provinciebestuur uit van het zwartste scenario. "In het rapport staat dat vogels na een verstoring niet meer terugkeren naar het nest, dat is onzin." Hij hoopt dat de leden van Provinciale Staten het besluit nog kunnen terugdraaien. "De uitgangspunten zijn niet in orde."