Na een oproep van de Tweede Kamer heeft het demissionaire kabinet besloten een Nationaal Coördinator Geweld tegen Vrouwen en Huiselijk Geweld aan te stellen. Die moet gaan zorgen voor meer samenhang in het beleid rond bijvoorbeeld femicide. Dat beleid is nu te versnipperd, vindt ook het kabinet.
Bedoeling is dat instanties in Nederland beter gaan samenwerken en bij signalen van huiselijk geweld eerder ingrijpen, om moord op vrouwen te voorkomen. Ook moeten vrouwen via gps kunnen zien of hun ex, indien die een enkelband draagt, in de buurt dreigt te komen. In dat geval moet de politie een signaal krijgen.
Ook ziet het kabinet meerwaarde in het invoeren van een nationale hulplijn voor vrouwen, op termijn te bereiken onder nummer 116. Dit telefoonnummer moet ook als onafhankelijk doorverwijzingspunt gaan functioneren.
Spaanse aanpak
Onlangs reisde een delegatie ambtenaren naar Spanje om te zien wat Nederland van de aanpak daar kan leren. In Spanje wordt geweld tegen vrouwen al ruim twintig jaar serieus aangepakt.
"In Spanje is vooral het besef dat femicide geen natuurfenomeen is, maar iets dat je maatschappelijk moet bestrijden", zegt demissionair staatssecretaris Rutte van Justitie en Veiligheid. "Dat is daar in alle lagen van het land doorgedrongen."
Volgens Rutte lijkt de aanpak in Nederland op die van Spanje, maar wordt in Spanje "dieper en integraler" samengewerkt tussen de verschillende partijen in het systeem.
De Spaanse aanpak
De Spaanse aanpak van geweld tegen vrouwen werd in 2004 geïntroduceerd. In het verlengde van de bijbehorende wet werd in 2008 het ministerie van Gelijkheid opgericht.
Kern van de aanpak is dat geweld tegen vrouwen wordt gezien als structureel maatschappelijk probleem. Politie, maatschappelijke organisaties en de overheid werken samen om het tegen te gaan.
De aanpak combineert strafrecht, sociale ondersteuning en preventiebeleid. Er zijn gespecialiseerde rechtbanken voor gendergeweld, beschermmaatregelen zoals enkelbanden en een nationaal risicobeoordelingssysteem om het risico op herhaling in te schatten.
Sinds de introductie van deze maatregelen is het aantal moorden op vrouwen door (ex-)partners met zo'n 30 procent gedaald.
De Spaanse advocaat Lola Calderon, gespecialiseerd in familie- en strafrecht, is blij met de Spaanse aanpak. Door de wet is het probleem van huiselijk geweld volgens haar zichtbaarder geworden voor de buitenwereld. Daarmee draait de aanpak niet alleen om straffen, zegt ze. "Het gaat ook om het onderwijzen en waarschuwen van de samenleving."
Ze raadt Nederlandse beleidsmakers aan om werk te maken van specialisatie, zichtbaarheid en bovenal onderwijs. Zo kunnen rechtbanken zich specialiseren in gendergeweld en kan het onderwijs aan de slag met verschillende genderperspectieven, schetst ze.
Het Spaanse systeem heeft door de jaren heen al veel hervormingen gekend, vertelt Calderon. Ze wijst op een van de laatste hervormingen. "De agressor en het slachtoffer van gendergeweld kunnen geen gezamenlijke voogdij over hun kinderen hebben", vertelt ze. De dader kan zijn kinderen niet bezoeken en niet met hen communiceren.
Dat verschil met de Nederlandse aanpak viel ook staatssecretaris Rutte op. "In Nederland hechten we er maatschappelijk belang aan dat kinderen omgang met hun beide ouders blijven houden. We willen vechtscheidingen voorkomen. Dus veel familierechters sturen aan op contact tussen de scheidende ouders. Maar als er sprake is van intiem geweld, is dat levensgevaarlijk."
Wel is het zaak om zorgvuldig om te gaan met het beperken van contact tussen ouders en kinderen, ziet de Spaanse advocaat. "Vrouwen zouden dit kunnen gebruiken om voogdij te krijgen tijdens een vechtscheiding." In de praktijk wordt de wet volgens haar niet al te vaak misbruikt, maar het gebeurt wel.
Niet langer wegkijken
De Spaanse aanpak heeft de afgelopen twee decennia geleid tot een afname van gendergeweld en meer kennis over het onderwerp. Ook bij staatssecretaris Rutte. "Als een man die is getrouwd en twee dochters heeft, leefde ik eigenlijk in een illusie dat we in een zeer geëmancipeerd land leven", zegt hij. "Waarin geweld tegen vrouwen weliswaar voorkomt, maar een uitzondering is."
"We moeten eerlijk zijn", vervolgt hij. Hij wijst erop dat in Nederland iedere acht dagen een vrouw wordt vermoord. "Dat is gewoon onacceptabel. Daarmee doen we het echt niet beter dan andere landen. Dit kan beter, dit moet beter en we mogen niet langer wegkijken."