Eugènie Herlaar, die vandaag op 84-jarige leeftijd overleed, was de eerste vrouw die op de Nederlandse televisie het journaal presenteerde en ook de eerste journaalpresentator van kleur.
Toen ze er in 1965 begon, bestond het journaal al negen jaar. Haar optreden kan achteraf worden gezien als een mijlpaal voor de vrouwenemancipatie, maar zo zag ze het zelf niet. Ze presenteerde zichzelf in de eerste plaats als een heel gewone vrouw.
"Mijn grootste liefhebberij is breien en haken en dat kan ik nu fijn doen tussen het eerste en tweede journaal in", zei ze vlak voor haar debuut. "Als ik straks weer een nieuwe jurk gemaakt heb, ga ik niet naar mijn moeder om hem te laten zien, maar zeg ik gewoon: 'Kijk vanavond maar'."
'Gebruinde huid'
Haar huidskleur vond ze al helemaal geen punt. "Ik heb van nature een iets gebruinde huid", zei ze daarover. Dat vond ze alleen maar makkelijk, want daardoor hoefde ze weinig aandacht te besteden aan make-up.
Eugènie Herlaar werd in 1939 geboren op Curaçao, waar haar vader voor Shell werkte. Naar eigen zeggen ontstond haar levenslange liefde voor de radio doordat ze als 4-jarige op Curaçao mocht meedoen aan een radio-uitzending voor kleuters.
Zenuwen
Na de hbs wilde ze naar de toneelschool, maar daar werd ze vanwege haar huidskleur geweigerd. Een paar jaar later, toen ze 23 was, was ze wel welkom bij de Wereldomroep, waar ze "alles deed", ook nieuws lezen. Ze sprak onder meer de teksten in die werden gebruikt voor het tv-journaal op de Nederlandse Antillen.
Bij de Wereldomroep merkte ze dat ze geen last had van zenuwen, zei ze toen ze bij het journaal begon. "Ik had dienst toen de moord op Kennedy plaatsvond en moest de laatste berichten voorlezen. Natuurlijk klinkt in zulke omstandigheden je stem wat emotioneler, maar ik geloof niet dat dat irritant is. Zoiets doet niet alleen jou iets, maar alle kijkers en alle luisteraars."
Emoties
De NTS (de voorloper van de NOS) was bang dat de inzet van een vrouwelijke presentator slecht zou vallen. In Engeland staakte de BBC na negatieve reacties van kijkers een experiment met een vrouwelijke nieuwslezer. Sommige kijkers vonden dat zij te emotioneel reageerde op een treurig bericht, anderen vonden haar bij een bericht over een moord op een kind voor een vrouw juist te koel.
Daarom werd Herlaar voorzichtig gebracht. In eerste instantie was alleen haar stem te horen. Toen dat niet tot reacties leidde, besloot de NTS haar ook in beeld te brengen.
Suffragette
In 1965 trad ze, 25 jaar oud, in vaste dienst bij de NTS. Het idee was aanvankelijk dat ze voor het journaal verslaggever zou worden voor 'vrouwelijke' onderwerpen, zoals modenieuws, maar daar kwam niets van terecht. Ze werkte vanaf het begin één avond per week als nieuwslezer en vier dagen als verslaggever.
Eén krant schreef dat ze op televisie een soort suffragette zou zijn, zoals feministen voor de Eerste Wereldoorlog werden genoemd. Zo had ze het zelf nog nooit gezien, erkende ze. Het was typisch een reactie van vóór de tweede feministische golf, die in Nederland kort daarna begon.
Best verstaanbare spreker
Vanaf het begin was Herlaars optreden op televisie een succes. In 1966 koos de Vereniging voor Slechthorenden haar tot best verstaanbare spreker op televisie. Ze kreeg de prijs uitgereikt door televisiecoryfee Mies Bouwman, in haar programma Mies en scène.
Negatieve reacties bleven uit. Ze vertelde later dat ze in het begin zo'n tien brieven per week kreeg, allemaal van fans. Sommige schrijvers vroegen een foto met handtekening. De stroom brieven nam drastisch af toen bekend werd dat ze zich had verloofd met haar jeugdvriend André van Westhreenen.
Man en kinderen
Op 3 augustus 1967 trouwde ze onder grote belangstelling en werd ze 'mevrouw van Westhreenen', zoals enkele kranten schreven. Het paar ging bij haar ouders in Loosdrecht wonen. Ze bleef volledig in dienst bij de NTR.
In de uitzending 'NOS Journaal 50 jaar' in 2006 was Eugènie Herlaar te gast en blikte ze terug op haar carrière:
Toen het echtpaar een eigen huis in Nunspeet ging bewonen, bracht Herlaar haar werk terug tot één avond per week. Ze vond het niet prettig voor haar man als zij 's avonds vaak weg zou zijn. Ze zei dat ze waarschijnlijk helemaal met werken zou stoppen als er een baby kwam. Al voor haar dochter in 1968 werd geboren, werd Marga van Arnhem benoemd als haar opvolger.
Herlaar presenteerde daarna nog een tijdje freelance het Journaal. Ook deed ze nog wat televisiewerk voor de TROS en de KRO, maar toen ze ook nog een zoon kreeg stopte ze helemaal met werken.
Kwaaltjes
Vervolgens kreeg ze last van het soort problemen waarover Joke Smit in 1967 had geschreven in Het onbehagen bij de vrouw, het artikel dat wordt gezien als het begin van de tweede feministische golf in Nederland. Thuis kwamen de muren op haar af. "Ik liep met allerlei kwaaltjes naar de dokter, ik had het niet meer. Die man raadde me toen aan iets te gaan doen."
Ze besloot een opleiding logopedie te volgen, die ze in 1974 afrondde, en vestigde een logopediepraktijk aan huis. Ook werd ze lid van de gemeenteraad voor een lokale partij. Zodra ze weer meer om handen had dan het huishouden en de zorg voor de kinderen verdwenen haar problemen.
Racisme
In 1975 keerde ze terug bij het NOS Journaal om samen met Harmen Siezen te gaan presenteren. Omdat de NOS dat experiment geen succes vond, kwam daar snel een einde aan.
Ditmaal werd ze wel geconfronteerd met racisme. Ten tijde van de Molukse treinkaping in Wijster kreeg ze een brief waarin de schrijver haar vroeg "vlug op te donderen naar het land waar je thuishoort". Achteraf de voorbode van een tijd met ruwere omgangvormen en onverholen racisme.