Het Europees Parlement wil geen producten meer zien met namen zoals vegetarische worst, vegaburger en plantaardige schnitzel. Dat zou verwarrend zijn. De zogenoemde vleesvervangers die we tegenwoordig bijvoorbeeld tegenkomen in de supermarkt zouden dan anders moeten gaan heten.
"Ik wil er eigenlijk niet over nadenken wat dit voor ons zou betekenen", zegt Willem van Weede van het bedrijf achter De Vegetarische Slager en Vivera, die vleesvervangers produceren. "Je krijgt heel rare, oneigenlijke namen die geen recht doen aan hoe lekker deze producten zijn. Een 'schijf', een 'disk' of verzin het maar."
Zo stemde het Europees Parlement
Bij de stemming stemden 355 parlementariërs voor het voorstel, 247 waren tegen. In grote Europese fracties, zoals de Europese Volkspartij en de sociaal-democratische S&D, waren zowel voor- als tegenstemmers. De kleinere Linkse Fractie en de Groenen stemden overwegend tegen. Onder de streep was er dus een ruime meerderheid.
De uitslag in het Europees Parlement wordt gezien als een grote zege voor de Europese vleeslobby, die al langer moeite heeft met "nepvlees". Want de boeren hebben het moeilijk - door inflatie, corona en de oorlog in Oekraïne, is te lezen in het voorstel waarover het parlement vandaag heeft gestemd.
Een manier om ze te helpen zou zijn 'vleesachtige namen' voor te behouden aan producten waar vlees in zit. Dit zou Europese vleesboeren beschermen tegen concurrentie van vegetarische alternatieven, zo denkt het Franse Parlementslid Céline Imart die de wetswijziging heeft voorgedragen.
Overstappen op planten
Maar volgens onderzoekers vormen vegetarische worsten en spekreepjes geen bedreiging voor de Europese landbouw. "We eten en produceren in Europa drie keer zoveel vlees als wat eigenlijk gezond is voor het klimaat, de natuur en onze gezondheid", zegt Koen Boone, econoom en onderzoeker duurzame waardeketens bij Wageningen University.
"Als je kijkt naar de totale opbrengsten en kosten voor de maatschappij die vleesproductie en -consumptie met zich meebrengt, dan is plantaardig vaak veel verstandiger. Je zou verwachten dat de Europese overheid juist het belang van de maatschappij als geheel zou behartigen en niet het belang van een specifieke groep, namelijk vleesproducenten."
Tegenwoordig wordt soja en graan op grote schaal geïmporteerd naar Europa. De gewassen worden gebruikt zowel in vleesvervangers als diervoeder. Volgens onderzoekers zou het beter zijn voor het klimaat en de biodiversiteit als een deel van de landbouwgrond die nu wordt gebruikt om dieren te houden, wordt gebruikt om gewassen te verbouwen. Dat leidt tot minder uitstoot, verbeterde gezondheid voor dieren en mensen, en het neemt ook nog minder ruimte in beslag.
Consumenten beschermen
Een ander argument om vleesachtige namen voor vegetarische producten te verbieden, is dat consumenten beschermd moeten worden. Termen zoals 'vegetarische worst' of 'vega-burger' zouden verwarrend zijn voor consumenten, volgens sommige Europarlementariërs en de vleesindustrie.
"Onze insteek is altijd al geweest dat de naam van het slachtdier niet gebruikt mag worden in de titel van een vegetarisch product", zegt een woordvoerder van KNS, de branchevereniging van slagers. 'Vegetarische worst' vinden de slagers bijvoorbeeld prima, maar 'vegetarische kip' niet. "Want vlees is vlees, en wat consumenten nu tegenkomen in de handel is verwarrend", zegt de woordvoerder.
Dit is meermaals onderzocht. Want dit is niet de eerste keer dat het Europarlement stemt in deze zaak. Laatst was in 2020, en toen werd de voorgestelde wetswijziging niet aangenomen. Destijds begreep 96 procent van de Nederlanders dat een vegaworst geen vlees bevat, volgens onderzoek van consumentenprogramma Radar onder zijn testpanel met 22.000 leden.
Nieuw onderzoek van de Europese consumentenorganisatie BEUC laat zien dat een overgrote meerderheid van consumenten niet in de war raakt door vleesachtige namen voor vegetarische producten, zoals 'vegetarische schnitzel'. 20 procent van Europeanen vindt vleesachtige woorden voor vegetarisch eten wel problematisch. De weerstand is het grootst in Duitsland, waar 32 procent tegenstander is van bijvoorbeeld 'vega-worst'. In Nederland heeft 22 procent van consumenten moeite met dat soort labels.
Wat is een worst?
Dat vleesachtige namen op vegaproducten voor verwarring zorgen, wijst de Europese consumentenorganisatie af. Het is eerder andersom: bekende concepten als worst en burger scheppen duidelijkheid voor consumenten, in plaats van woorden als schijf of cilinder. "'Vleesachtige' namen op plantaardige producten maken het voor consumenten makkelijker om te begrijpen hoe ze deze producten in een maaltijd kunnen gebruiken, en zouden daarom niet verboden moeten worden", concludeert BEUC.
De stemming in het Europarlement vandaag betekent niet dat 'vegaworst' en 'vegetarische spekreepjes' nu meteen zullen verdwijnen. Mogen ludieke spellingen zoals kipstuckjes toch op de verpakkingen, en wat is eigenlijk een worst? Dat moet de Europese Commissie nog uitwerken. De landbouwministers van de EU-lidstaten moeten ook nog instemmen om vleesachtige namen voor vega-producten te verbieden, voordat dat kan doorgaan.