GroenLinks-PvdA en SP willen dat de tijdelijke regeling waardoor mensen met een zwaar beroep vervroegd met pensioen kunnen, blijft bestaan. De Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) loopt volgend jaar af en een opvolger is er nog niet.
De regeling voorziet in een belastingvrijstelling voor werkgevers om de uitkering voor vervroegd pensioen te betalen. Vandaag dienen GroenLinks-PvdA en SP een voorstel in om die belastingvrijstelling voort te zetten en te verruimen.
Volgens de indieners is aan het verschil in levensverwachting duidelijk te zien dat er een te groot verschil is tussen mensen met en zonder zwaar beroep. "Mensen met veel geld en vaak een universitaire opleiding leven wel negen jaar langer dan mensen aan de andere kant. Wij willen dat iedereen gezond de eindstreep haalt", zegt GroenLinks-PvdA-Kamerlid Luc Stultiens.
De huidige regeling komt voort uit het pensioenakkoord uit 2019. Over de periode daarna liepen de gesprekken in december 2023 stuk. Het overleg tussen de sociale partners hierover is wel weer begonnen, maar zicht op een akkoord is er nog niet.
Daarom voeren de politiebonden komend weekend, net als afgelopen weekend, actie bij voetbalwedstrijden. In de schoonmaak, het openbaar vervoer en de metaalsector worden acties voorbereid voor begin september.
Hoewel de sociale partners met elkaar afspraken moeten zien te maken, kijken GL-PvdA en SP vanwege de vrijstelling van belastingheffing eerst naar het kabinet. "Daar gaan wij met elkaar over in de politiek. Die heffing moet van tafel, die boete op eerder stoppen moet weg en dan vervolgens mogen de werkgevers samen met de werknemers kijken wie ervoor in aanmerking komen en hoeveel geld ze krijgen", zegt Stultiens.
Meer dan eerder stoppen
De gesprekken tussen de sociale partners gaan over meer dan alleen eerder stoppen met werken. Ze gaan ook over preventie en over de mogelijkheden om oudere werknemers minder zwaar werk te laten doen. Daar moet een balans in gevonden worden.
"Aan de ene kant passende oplossingen voor werknemers met zwaar werk die nu nog niet goed de eindstreep kunnen halen, maar anderzijds ook een nieuwe cultuur van vroegpensioen tegengaan zoals vroeger met de VUT", zegt een woordvoerder van werkgeversorganisatie VNO-NCW.
Stultiens vindt ook dat het een breder pakket moet zijn, maar eerder kunnen stoppen blijft hoe dan ook een belangrijk onderdeel, zegt hij: "De AOW-leeftijd blijft stijgen en dat vinden we ook logisch, want we worden met elkaar ouder, maar we willen wel dat iedereen gezond de eindstreep haalt en dat lijkt anders niet te lukken."
Kaarten tegen de borst
Dat de regeling verruimd wordt, lijkt onwaarschijnlijk. Maar dat hij na 2025 nog bestaat, is zeker niet uitgesloten. "We willen graag dat de Regeling voor Vervroegde Uittreding wordt verlengd voor mensen met een zwaar beroep, passend binnen de beschikbare financiële ruimte en in samenhang met andere maatregelen", zegt Agnes Joseph van regeringspartij NSC. En zij vindt ook dat eerst het kabinet aan zet is.
Henk Vermeer (BBB) vindt ook dat er een regeling moet blijven. En ook hij zegt dat het woord eerst aan het kabinet is.
De andere coalitiepartijen laten zich nog niet in de kaarten kijken. In het hoofdlijnenakkoord zijn hierover en over andere pensioenonderwerpen geen afspraken gemaakt, en daarmee is het een vrije kwestie. In de formatie werd duidelijk dat pensioenen een gevoelige kwestie zijn binnen de coalitie.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt dat de inzet is om snel tot oplossingen te komen: "Het is belangrijk dat mensen gezond hun pensioen kunnen bereiken, dat is met bepaalde beroepen op dit moment lastig."
Relatief klein bedrag
De huidige regeling kost zo'n 70 miljoen euro per jaar; een relatief klein bedrag op de begroting van Sociale Zaken. Maar de boodschap van minister Heinen van Financiën bij de begrotingsbesprekingen is dat er eigenlijk geen geld over is. Of het kabinet hier toch geld voor gaat uittrekken moet de komende weken blijken.
Daar kunnen mensen die dicht tegen hun pensioen aanzitten eigenlijk niet op wachten, zegt Stultiens: "Die willen niet een week van tevoren horen of die regeling verdwijnt of niet."