Meta, het moederbedrijf van Facebook en Instagram, wil met zijn volgende Artificial Intelligencemodel flink uitpakken. Net als andere modellen die in ontwikkeling zijn zal dat niet alleen tekst, maar ook video's, afbeeldingen en geluid kunnen genereren. Meta wil het model toepassen in verschillende producten, zoals smartphones en smart-glasses.
Voor gebruikers in de Europese Unie is er alleen een probleem: Meta heeft besloten het model daar voorlopig niet uit te brengen. Als reden noemt het bedrijf van Mark Zuckerberg "de onvoorspelbare aard van de Europese wetgeving".
Apple gaf enkele weken geleden al dezelfde reden om enkele nieuwe toepassingen van de iPhone, die gebruikmaken van kunstmatige intelligentie, niet in de EU beschikbaar te stellen.
Dreigt de Europese Unie op achterstand te komen in de AI-race? Of zijn dit dreigementen van bedrijven die niet houden van regels, en druk willen uitoefenen op Europa?
Nieuwe Europese regels
Spanningen tussen de EU en Meta zijn er al langer, bijvoorbeeld over de Europese privacyregels. Om zijn AI-model te trainen op specifieke culturele en taalkundige gewoontes per land, wilde Meta gebruik maken van Facebook- en Instagramposts van Europese gebruikers. De privacy-waakhonden van verschillende landen hebben echter geoordeeld dat dat in strijd is met de Europese privacywetgeving en eisten dat Meta er - althans voorlopig - mee zou stoppen.
Maar niet alleen de privacywetgeving zit de grote techbedrijven dwars. De EU toonde zich de afgelopen jaren een voorloper in wetgeving voor nieuwe technologie. Dit jaar werd de Digital Markets Act van kracht, die moet voorkomen dat grote techbedrijven hun macht misbruiken.
Op 1 augustus gaat de gloednieuwe AI-wet in, die het gebruik van artificiële intelligentie juridisch regelt. Beide wetten worden in fases uitgerold, waarbij de Europese Commissie bepaalt hoe de regels precies worden toegepast.
Niet alleen drukmiddel
Dat Meta en Apple juist nu dreigen om diensten te onthouden aan de EU, is niet toevallig, zegt Kim van Sparrentak (GroenLinks-PvdA). Zij onderhandelde als Europarlementariër over de nieuwe AI-wet. "Op dit moment wordt in Brussel geschreven aan de gedragscode waaraan alle AI-modellen in de toekomst moeten voldoen. Door hier nu mee te komen, voeren ze de druk op."
Toch zal de dreiging om AI-toepassingen weg te houden van de Europese markt niet alleen een drukmiddel zijn, vermoedt Lisanne Hummel, die aan de Universiteit Utrecht onderzoek doet naar de macht van grote techbedrijven.
"Het zijn echt veel nieuwe regels waar die bedrijven rekening mee moeten houden. Op bepaalde punten zijn het logische, makkelijke regels. Maar wat bijvoorbeeld de transparantie van AI-systemen betreft wordt het toch moeilijker. Vaak weten de bedrijven zelf niet precies wat er zich in hun AI-model afspeelt. Als de EU dan vraagt om heel transparant alle acties in kaart te brengen die dat model uitvoert, is het de vraag of ze die verplichting meteen kunnen naleven."
Als Meta's nieuwe model hier niet gelanceerd wordt, kan er "een gat te ontstaan tussen de technologie die in Europa beschikbaar is tegenover de rest van de wereld", zei vice-beleidsdirecteur van Meta Rob Sherman tegen de Financial Times. Hij waarschuwt dat dat nadelig kan zijn voor Europese bedrijven en consumenten.
Maar Europarlementariër Van Sparrentak vermoedt dat dat wel zal meevallen. "Europa is het rijkste continent ter wereld, met vierhonderd miljoen consumenten en een heleboel bedrijven. Techbedrijven willen toegang tot die markt. Wij zeggen alleen dat ze zich daarvoor wel aan onze regels moeten houden."
Privacy van burgers beschermen
Ook onderzoeker Lisanne Hummel betwijfelt of techbedrijven hun AI-technologie echt zullen weghouden van de Europese markt. "Op korte termijn is het voor hen misschien lastig om aan sommige regels te voldoen, maar op de lange termijn moet het wel haalbaar zijn."
Met de nieuwe wetgeving heeft de EU een keuze gemaakt, zegt Hummel: "Wil je alle nieuwe technieken meteen als eerste, of vind je het belangrijker om bijvoorbeeld de veiligheid en privacy van burgers te beschermen? De EU kiest voor dat laatste."
Bij het uitwerken van de nieuwe wetten stelt de Europese Commissie zich voorlopig weinig toegeeflijk op ten opzichte van de grote techbedrijven, merkt zij. "Het lijkt er voorlopig op dat de Commissie stevig vasthoudt aan de nieuwe regels en ze streng wil handhaven."